Machinegeweerbunker in het Mastenbos

Het Mastenbos maakt deel uit van het zogenaamde noorderfront, dat was gelegen tussen de Scheldeoevers in Berendrecht en het kanaal in Schoten. In deze zone bouwden de Duitsers een vijfhonderdtal bunkers, waarvan er honderd jaar na de Groote oorlog nog ongeveer zestig percent overeind staat. Deze rechthoekige bunker is voorzien van twee toegangen. Binnenin zit een kamer, die is ingericht als vleermuisverblijfplaats. Het Duits opschrift ‘M’ staat waarschijnlijk voor ‘Maschinengewehrnest’, een schuilplaats voor één machinegeweerploeg.

Dit is een typische bunker van een tweede linie. Hij is minder geraffineerd afgewerkt. Het beton is ruwer en de hoeken scherper. Je vindt hier ook geen camouflage van betonspatten. Dat komt omdat het Duitse leger deze bunker pas wilde afwerken wanneer dat nodig was. Precies omdat de noodzaak er nooit is geweest, vind je in de provincie Antwerpen heel wat ‘ruw’ gebleven bunkers. Het front is ook niet volledig uitgebouwd. Een ideaal Duits front bestond namelijk uit telkens twee of drie linies, op een afstand van vier tot tien kilometer van elkaar. Elke groep linies heette toen een ‘stelling’. In de provincie Antwerpen tref je over de hele linie maar één stelling aan.

Le Mastenbos fait partie du front du Nord, qui se situait entre les rives de l'Escaut à Berendrecht et le canal à Schoten. Dans cette zone, les Allemands ont construit environ cinq cents bunkers dont, un siècle après la Grande Guerre, à peu près soixante pour cent tiennent toujours debout. Ce bunker rectangulaire est muni de deux accès. A l'intérieur se trouve une pièce qui est aménagée comme résidence pour chauves-souris. L'inscription de la lettre M par les Allemands signifie probablement Maschinengewehrnest, un abri pour une équipe de mitrailleurs.

Il s'agit d'un bunker typique d'une deuxième ligne. Le parachèvement est moins raffiné. Le béton est plus brut et les angles sont plus aigus. En outre, il n'y a pas de taches de béton comme camouflage. L'armée allemande ne voulait parachever ce bunker que lorsque ce serait nécessaire. Précisément à cause de l'absence de cette nécessité, vous trouvez bon nombre de bunkers 'bruts' dans la province d'Anvers. Le front n'est pas entièrement développé non plus. Un front allemand idéal comprenait en effet chaque fois deux ou trois lignes, une distance de quatre à dix kilomètres les séparant entre elles. Chaque groupe de lignes s'appelait alors une position. Dans la province d'Anvers, il n'y a qu'une seule position sur toute la ligne.

Der Mastenbos ist ein Teil der sogenannten Norderfront, die sich zwischen den Scheldeufern in Berendrecht und dem Kanal in Schoten befand. In dieser Zone errichteten die Deutschen etwa fünfhundert Bunker, wovon hundert Jahre nach dem Großen Krieg noch etwa sechzig Prozent aufrecht steht. Dieser rechteckige Bunker verfügt über zwei Zugänge. Innen befindet sich ein Zimmer, das als Aufenthaltsort für Fledermäuse eingerichtet ist. Die deutsche Aufschrift 'M' bedeutet wahrscheinlich 'Maschinengewehrnest', ein Versteck für einen Maschinengewehrtrupp.

Dies ist ein typischer Bunker einer zweiten Linie. Die Verarbeitung ist weniger raffiniert. Der Beton ist roher und die Ecken sind scharfer. Sie finden hier auch keine Tarnung aus Betonspritzen, und zwar deshalb, weil die deutsche Armee diesen Bunker erst vollenden wollte wenn es nötig war. Gerade weil diese Notwendigkeit niemals bestand, finden Sie in der Provinz Antwerpen zahlreiche roh gebliebene Bunker. Die Front wurde auch nicht völlig ausgebaut. Eine ideale deutsche Front war nämlich aus jeweils zwei oder drei Linien zusammengesetzt, im Abstand von vier bis zehn Kilometer voneinander. Jede Gruppe von Linien wurde damals eine 'Stellung' genannt. In der Provinz Antwerpen finden Sie die ganze Linie entlang nur eine Stellung.

The Mastenbos is part of the so-called northern front, which was situated between the Scheldt banks in Berendrecht and the Schoten canal. In this area the Germans built some five hundred bunkers, of which around 60% still remain standing one hundred years after the Great War. This rectangular bunker has two entrances. Inside, a room has been organised as accommodation for bats. The German lettering 'M' probably stands for Maschinengewehrnest, a hiding place for one single machine-gun crew.

This is a typical second-line bunker. It is completed less meticulously. The concrete is rougher and the corners are sharper. In addition, it has no camouflage of concrete spatters, because the German army only wanted to finish this bunker if absolutely necessary. Precisely because there was never any need, a lot of 'rough' bunkers can still be found throughout the Province of Antwerp. The front was not entirely completed either. In fact, an ideal German front consisted of two or three lines each, located four to ten kilometres from each other. At the time, each group of lines was called a 'position'. In the Province of Antwerp only one position can be found across the entire line of defence.