- Overzicht
- Commentaren (0)
- Praktische info
#mosselgoren
Mosselgoren is een echt natuurmozaïek. Je vindt er loof- en elzenbroekbossen, rietlanden, vochtige hooilanden en poelen. De verschillende beekjes herinneren nog aan vroeger, toen Mosselgoren behoorde tot een overstromingsgebied van de Kleine Nete. Verschillende dieren voelen zich hier opperbest door de rijke variatie aan biotopen. En dus ook voor wandelaars een leuk gebied.
Opgelet: De Mosselgoren is een open gebied waarbij heel wat zeldzame vogels (kleine karekiet, blauwborst, rietgors, nachtegaal…) tot vlak tegen het wandelpad broeden. Zelfs een aangelijnde hond zou hier voor veel verstoring kunnen zorgen. Daarom zijn in Mosselgoren uitzonderlijk geen honden toegelaten. Voor hondenliefhebbers hebben we op Teunenberg in Olen een hondenlosloopzone ingericht. Bedankt voor het begrip.
De troeven
- Mooie gevarieerd gebied
- Leefgebied van ringslang
- Hooilandjes, ideaal om vlinders te spotten
- Mooie wandellus in het gebied
Fauna en Flora
Verschillende spechtensoorten maar ook buizerd en havik vinden in het loofbos en het aangrenzende elzenbroek een geschikte broedplaats. In de winter zijn het vooral de grote groepen sijzen die zich te goed doen aan de overvloedige elzenzaadjes. Vanuit de rietvelden klinkt in de zomer de roep van onder andere kleine karekiet, rietgors en waterral. In de hooilanden fladderen verschillende vlinders tussen de hooilandplanten zoals ratelaar, pinksterbloem en brede orchis.
De waterlopen en poelen in de Mosselgoren hebben een goede waterkwaliteit. Getuige hiervan zijn de groeiplaatsen van kikkerbeet, drijvend fonteinkruid en waterviolier. Bijna het ganse jaar kan je hier de blauwe schicht van de ijsvogel tegenkomen en met wat geluk zie je hier soms zonnende ringslangen.
Werken in de natuur
In 2000 is het Agentschap voor Natuur en Bos gestart met grote natuurinrichtingswerken zoals het herstel van de veenputten, de rietlanden, de hooilanden en het hakhoutbeheer.
In het begin van de twintigste eeuw maakte Mosselgoren nog deel uit van het Geels Gebroekt. Dit was een groot uitgestrekt laagveengebied dat via een netwerk van beken en grachten fungeerde als overstromingsgebied van de Kleine Nete.