IJzer- en Handzamevallei
Dit ongeveer 4000 ha grote gebied, dat zich uitstrekt van de Franse grens via Diksmuide tot Handzame, heeft heel wat troeven. De IJzer- en Handzamevallei zijn internationaal befaamd om hun enorme aantallen wintergasten zoals de smient en de kolgans. De melancholische roep van de wulp klinkt het hele jaar over de velden. Wanneer weidevogels als de grutto en de kievit in het voorjaar hun territoria hebben ingenomen, benadrukken ze hun aanwezigheid met opvallende vluchtrituelen. Je kunt er terecht in charmante dorpjes of op zoek gaan naar getuigen en herdenkingssites van de Eerste Wereldoorlog.
- Kijktorens rond het natuurgebied De Blankaart
- De uitgestrektheid van het gebied
- Bezoekerscentrum De Blankaart als vertrekpunt
- Tienduizenden watervogels en steltlopers
De vallei beleven
Aan recreatiemogelijkheden geen tekort in de IJzer- en Handzamevallei. Het uitgestrekte landschap en vele landelijke wegen bieden heel wat mogelijkheden tot wandelen, fietsen, vogels bewonderen, … Je kan genieten van de rust op één van de picknickplaatsen en voor de visliefhebbers zijn er heel wat hengelsteigers. Voor heel wat van die recreatiemogelijkheden is het bezoekerscentrum De Blankaart de uitvalsbasis. Vanuit het centrum vertrekken verschillende wandel- en fietsroutes, rond het aanpalende natuurgebied De Blankaart bevinden zich heel wat vogelkijkpunten, … Je kan er ook terecht voor wandel- en fietskaarten, informatie over de natuur en andere bezienswaardigheden in de buurt. Het bezoekerscentrum De Blankaart vormt niet alleen het onthaal voor het gelijknamige natuurgebied van Natuurpunt. Het is ook de toegangspoort voor de ganse IJzer- en Handzamevallei.
Uniek
De IJzer- en Handzamevallei zijn één van de laatste open ruimtes in West-Vlaanderen waar natuur en water elkaar zo harmonisch vinden. Het open landschap van weiden en hooilanden wordt doorsneden door tal van sloten waar heel wat vogels komen nestelen. Bij hevige regenval kunnen ondiepe overstromingen voorkomen die een bijkomende aantrekkingskracht uitoefenen op watervogels.
Belangrijk vogelgebied
Duizenden ganzen, eenden en steltlopers komen er overwinteren en ook roofvogels worden er opgemerkt. De IJzerbroeken zijn ook voor bijzondere broedvogels als de grutto en de blauwborst erg in trek. De internationaal belangrijke aantallen en bijzondere soorten zorgen ervoor dat het gebied werd aangeduid als Europees Vogelrichtlijngebied en waterrijk gebied van internationaal belang (Ramsar-gebied). 's Nachts weerklinkt de roep van bijzondere broedvogels zoals de porseleinhoen en kwartelkoning. In de talrijke sloten, plassen en poelen leven heel wat vissen en amfibieën en gedijen zeldzame waterplanten. De IJzervallei was één van de laatste gebieden in Vlaanderen waar tot midden de jaren 1980 de otter voorkwam.
Gevarieerd flora
Op de natste plekken van de IJzer- en Handzamevallei sieren moerassige hooilanden met rietkraagjes het landschap. Die natte plekken zijn van belang voor typische planten van een valleigebied, zoals de grote en de geknikte vossenstaart. Op de iets drogere delen vind je bloemrijke hooilanden met planten als pinksterbloem, echte koekoeksbloem, egelboterbloem en weidekerveltorkruid. Verspreid over de graslanden van de IJzervallei tref je aanzitputten, ondiepe jachtvijvers aan. Langs hun oevers vind je soms dichte drommen zwanenbloem, lisdoddenkaarsen en met wat geluk lidsteng. Kikkers geven er in de lente luidkeels een gratis concert.
Natuurlijk overstromingsgebied
De rechteroever van de IJzer is tussen de Frans-Belgische grens en Diksmuide niet bedijkt. Dit geeft de rivier de gelegenheid om bij hevige neerslag, vooral in de winter, buiten haar oevers te treden in haar natuurlijk winterbed: de 'broeken'. Dit bespaart dorpen en steden langs de IJzer behoorlijk wat waterellende. Ook al is de IJzer- en Handzamevallei op zijn geheel één uniek gebied, toch lichten we er graag een paar stukjes uit, namelijk Fintele, de Brabanthoek, Westbroek en de Gatebeek.
Fintele
Fintele is een klein gehucht op het kruispunt van de IJzer en het Lokanaal dat zich heeft ontwikkeld tot een aantrekkelijk knooppunt voor fiets- en wandelrecreatie en gastronomie. De centrale open ontmoetingsruimte werd verrijkt met fietsenstalling en banken. Langs de oever werden aanlegsteigers voor boten en een rustpunt voor wandelaars aangelegd. Een draaibrug liet sinds het einde van de 17de eeuw de landbouwers toe ter hoogte van Fintele de IJzer over te steken om het hooi uit de IJzerbroeken te halen en het vee naar de broeken te brengen. Halfweg de 19de eeuw maakte de draaibrug plaats voor een demonteerbare brug die elke zomer werd opgebouwd en afgebroken. Deze ‘Hooipiete’ (piete is West-Vlaams voor wegneembare houten brug) moest ook bij elke passage van een schip met de hand worden opgebroken en teruggelegd. De toename van de pleziervaart en de zwaarder wordende landbouwvoertuigen zorgden ervoor dat de brug na de zomer van 1990 niet meer werd heropgebouwd. De Hooipiete staat nu opgesteld over een slootje in de weide naast restaurant De Hooipiete.
Brabanthoek
De Brabanthoek, in de volksmond ook wel de Brandhoek genoemd, ligt op de rand van de IJzervallei. Typisch voor dit overgangsgebied zijn de talrijke houtkanten en struwelen, die sterk contrasteren met het open karakter van de broeken. Vroeger stonden hier heel wat hagen en houtkanten. Ze dienden als vee- en windkering en er kon geriefhout (dat is hout voor eigen gebruik, bijvoorbeeld voor reparaties) geoogst worden. De doornhagen van weleer waren vaak kunstig ineengevlochten afsluitingen rond weiden, akkers en boerderijen. Met de komst van de prikkeldraad verdween hun nut grotendeels. Veel van die houtige landschapselementen zijn dan ook gerooid. Gelukkig zijn er nog enkele oude houtkanten en struwelen overgebleven. Ze vormen een ideaal biotoop voor vogels zoals de zomertortel. Ook ransuilen, groene spechten en tal van kleine zangvogels kun je hier zien en horen. De belangrijkste houtkanten vinden we in de Brabanthoek op de grens van Oostvleteren met Reninge, op de overgang tussen de overstroombare vallei en de zandleemstreek. Eén ervan kreeg, met inbegrip van het ingesloten grasland, een officiële bescherming als ‘houtig erfgoed’. In deze houtkant staan veel zwarte populieren en tweestijlige meidoorns: autochtone bomen en struiken die erg zeldzaam zijn. Er groeien ook verschillende ondersoorten van hondsroos.
Westbroek
Het Westbroek is één van de ecologisch meest waardevolle deelgebieden van de overstroombare IJzerbroeken. Waar tal van typische hooilandbloemen vroeger nog alleen aan de perceelsranden groeiden, vind je tegenwoordig, dankzij het natuurgericht beheer van de percelen, een uitgestrekte bloemenzee: echte koekoeksbloem, veldlathyrus, pinksterbloem, moeras-vergeet-me-nietje, knoopkruid …. Vooral de grote toename van het weidekerveltorkruid is spectaculair. Die schermbloemige is typisch voor overstroombare riviergraslanden en is elders in Vlaanderen amper nog te vinden. Het Westbroek is het broedgebied bij uitstek voor de grutto. Veldleeuwerik, een soort die elders sterk in de verdrukking is geraakt, laat zich hier nog horen. Bruine kiekendieven zweven boven het grasland, op zoek naar muizen en kleine vogeltjes.
De drassige graslanden en winterse overstromingen oefenen een grote aantrekkingskracht uit op overwinterende en doortrekkende watervogels. Kieviten, wulpen, smienten en kolganzen strijken er in grote groepen neer. Kleine zwanen, wintertalingen, slobeenden, pijlstaarten en vele andere soorten mengen zich met het luidruchtige gezelschap. Het Westbroek is niet vrij toegankelijk. Je kan er een glimp van opvangen via de Brabanthoek of in zijn geheel bewonderen van op het jaagpad langs de IJzer tussen Reningebrug en Elzendamme.
Gatebeek
Wie in Beveren-IJzer wel eens langs de IJzer wandelt, kent vast ook de mooie omgeving van de als monument beschermde Brouckmolen. De laaggelegen graslanden langs het jaagpad staan –en stonden - in de winter vaak onder water, tot groot genoegen van heel wat overwinterende watervogels. Kleine zwanen bijvoorbeeld, brengen er vaak een deel van hun wintervakantie door. Tot 2009 werd de laag gelegen weide van 12ha aan de Gatebeek, die in de jaren 1934-36 werd ingedijkt, elk voorjaar door een pompgemaal droog getrokken. Een saaie, soortenarme grasweide was het resultaat.
In het kader van het Landinrichtingsproject De Westhoek werden verspreid over vier kerngebieden in het valleigedeelte stroomopwaarts Elzendamme meer dan honderd hectare overstroombare valleigraslanden door de Vlaamse Landmaatschappij aangekocht en ingericht. Het Agentschap voor Natuur en Bos beheert, samen met plaatselijke landbouwers, deze gronden. Gezien de lage ligging van het ingedijkte perceel aan de Gatebeek veel potenties bood, werd deze weide de belangrijkste van de vier kerngebieden.
Er werd geopteerd om de indijking te behouden, maar het pompgemaaltje werd verwijderd. Het oude greppelpatroon werd hersteld. Tussen 1 september en 15 april wordt er nu een hoger waterpeil aangehouden. Het perceel is dan grotendeels overstroomd. Nogal wat vogels profiteren daarvan. Grondeleenden, zoals wilde eenden, slobeenden, wintertalingen en pijlstaarten halen elk op hun manier voedsel uit het water of het slijk. Smienten en kleine zwanen komen er slapen om ’s nachts in de buurt te grazen. Ook steltlopers zoals kemphanen, wulpen, groenpootruiters en witgatjes, zoeken er hun kostje bij elkaar en zowel blauwe reigers als grote en kleine zilverreigers komen er vissen. Het netwerk van ondiepe greppels is bovendien ideaal als foerageerplek voor lepelaars. Vanaf het voorjaar wordt ervoor gezorgd dat het waterpeil langzaam zakt tot een streefpeil van 3m in de zomer. Op die manier kan het gras eind juni gemaaid worden. Daarna mogen er koeien aan nabegrazing doen. Het gebied heeft sedert de herinrichtingswerken een grote aantrekking op watervogels en steltlopers, vooral in de winter en het voorjaar. De wintermaxima van het aantal overwinterende watervogels zijn spectaculair gestegen. Als broedvogel konden o.a. bergeend, kluut, meerkoet, kievit en slobeend hun gading hier vinden. En als kers op de taart is de Gatebeek één van de broedgebieden voor de grensoverschrijdende broedpopulatie van steltkluut geworden. Met wisselend succes hebben één of meerdere koppels hier gebroed.
Blankaartwandelroute
Wandeling van 9,6 km die start aan Bezoekercentrum De Blankaart: is van daaruit ook volledig bewegwijzerd.
Driegrachtenwandelroute
Historische wandeling van 6,5 km die start aan het kasteel van Merkem.
Oude Zeedijk wandelroute
Deze route bestaat uit 2 lussen van ongeveer 4 km. Ze starten op het dorpsplein in Nieuwkapelle.
IJzerbroekenfietsroute
Deze bewegwijzerde route van 39 km loopt door het waterrijke landschap van de IJzerbroeken, op de grens van de polders en zandleemstreek.
Vermist in de Blankaart
Ontdek de IJzervallei adhv plezante doe-opdrachten en leuke weetjes. De doelgroep zijn kinderen van 4 tot 12 jaar.
Hengelen
Via de volgende link vind je een overzicht van alle plaatsen waar je kan hengelen in West-Vlaanderen.
Vogelkijkpunten
Er zijn 7 vogelkijkpunten waarvan 1 aangepast voor rolstoelgebruikers.
Bezoekerscentrum De Blankaart
In het bezoekerscentrum kom je heel wat te weten over de unieke IJzer- en Handzamevallei.
Routes
Voorzieningen
Boswachter
Downloads
Nuttige Links
Hoe geraak je er?
Ligging en bereikbaarheid
De IJzer- en Handzamevallei ligt op de gemeenten Poperinge, Alveringem, Vleteren, Lo-Reninge, Houthulst, Diksmuide en Kortemark. Bezoekerscentrum De Blankaart is het ideale startpunt voor een tocht door de IJzer- en Handzamevallei: Iepersteenweg 56, 8600 Woumen.
Ingang
Iepersteenweg 56, 8600 Woumen
Openbaar vervoer
De dichtstbijzijnde bushalte "Woumen Wegwijzer" ligt op een kleine 100 meter van de parking van het bezoekerscentrum. Meer info: www.delijn.be
Toegankelijkheid
Bekijk of er een toegankelijkheidsregeling is voor dit gebied >